Het Siepelveen in de Zeegser Duinen
De Zeegser Duinen is een van oorsprong open gebied tussen de dorpen Zeegse en Schipborg in de provincie Drenthe. Een gedeelte is veen, het Siepelveen, maar er liggen ook zandverstuivingen. Het terrein is tachtig hectare groot (0,8 km2). De helft van de oppervlakte is natuurterrein en is vrij toegankelijk. Juist dit grote zand en duingebied was in het verleden een belangrijke trekpleister voor dagjesmensen.
Ligging
De Zeegser Duinen maakt deel uit van Nationaal beek- en esdorpenlandschap Drentsche Aa en ligt in de oksel van de ecologische hoofdstructuur die gevormd wordt door een beekje, het Zeegserloopje, aan de westkant en het Schipborgsche Diep aan de oostkant. Het loopje en het diep zijn onderdeel van de Drentsche Aa. Aan de noordkant van het gebied loopt de Zeegser-steeg. Dit is een zeer oude veeweg (koesteeg) met een fundament van veldkeien en takken-bossen die, met de voorde (doorwaadbare plek) in het Zeegserloopje, aansloot op de weg Groningen - Zuidlaren - Rolde - Coevorden.
Geologie
Aan de westkant van het Schipborgsche Diep liggen duinen, gevormd door zand dat in de laatste ijstijd uit het gebied van de huidige Noordzee met de wind is aangevoerd. Het hoogteverschil tussen de duintoppen en het water van het veen maken het gebied karakteristiek. Het meest opvallende in het gebied is de kleine zandverstuiving die ongeveer van oost naar west loopt.
Flora
Aan de westkant van het veen komt in grote aantallen beenbreek voor, een plant die op de Nederlandse Rode Lijst van bedreigde plantensoorten staat. Plaatselijk staat dit plantje bekend als siepelgras, naar de vorm van de wortel. Deze heeft de vorm van een ui die in Drenthe siepel genoemd wordt, waarschijnlijk ontleent het Siepelveen hieraan zijn naam. Op het terrein groeit ook jeneverbes, eveneens een bedreigde plant. Verder komen vier van de zes heisoorten hier voor: gewone dophei, kraaihei met zijn zwarte vruchtjes, struikhei en lavendelhei. Wie het gebied nog kent van zo’n 20 à 30 jaar geleden zal het opgevallen zijn dat de open ruimte behoorlijk aan het dichtgroeien is. Indien ervoor wordt gekozen niets te doen zullen jeneverbes, heide en stuifzand verdwijnen en zal het Siepelveen uiteindelijk berkenbos met veel vogelkers worden.
De werkgroep
In overleg zijn Staatsbosbeheer, het IVN en Landschapsbeheer Drenthe een werkgroep gestart om het onderhoud weer op te pakken. In 2009 is deze enthousiaste groep vrijwilligers uit Zeegse en omliggende dorpen, maar ook uit Groningen en Assen al begonnen en de komende jaren zal je ze hier regelmatig aan het werk zien. Het onderhoud bestaat uit 4 aspecten:
​
-
Het vrijmaken van de jeneverbessen, zodat deze weer ruimte krijgen om zich te verjongen
-
Het verwijderen van berkenopslag langs het ven om verdere verdroging tegen te gaan
-
Bescherming van de biotoop “zandverstuiving” door verbossing tegen te gaan
-
Bestrijding van de Amerikaanse vogelkers
Door het bewust kappen en tevens laten staan van karakteristieke bomen zal ook het reliëf in het terrein meer zichtbaar worden. Verder zal de schaapskudde er regelmatig te vinden zijn om alle nieuwe opslag te begrazen.